Alle vervoegingen van het werkwoord dragen

infinitivus - infinitief infinitive
dragen
presens - tegenwoordige tijd present tense
ik
  • draag
 
  • draag jij/je?
jij, je
  • draagt
u
  • draagt
hij
zij, ze
het
men
  • draagt
zij, ze
wij, we
jullie
  • dragen
imperfectum - verleden tijd past tense
ik
jij, je
u
hij
zij, ze
het
men
  • droeg
zij, ze
wij, we
jullie
  • droegen
participium - voltooid deelwoord past participle
  • gedragen
participium praesentis - onvoltooid deelwoord present participle
  • dragend
vertaling english translation
  • to wear
  • to carry
infinitivus infinitief
infinitive
presens tegenwoordige tijd
present tense
imperfectum verleden tijd
past tense
participium voltooid deelwoord
past participle
vertaling engelse vertaling
english translation
aandragen
  • draag aan
  • draagt aan
  • droeg aan
  • droegen aan
aangedragen
afdragen
  • draag af
  • draagt af
  • droeg af
  • droegen af
afgedragen
  • to hand over
bijdragen
  • draag bij
  • draagt bij
  • droeg bij
  • droegen bij
bijgedragen
  • to contribute
binnendragen
  • draag binnen
  • draagt binnen
  • droeg binnen
  • droegen binnen
binnengedragen
indragen
  • draag in
  • draagt in
  • droeg in
  • droegen in
ingedragen
meedragen
  • draag mee
  • draagt mee
  • droeg mee
  • droegen mee
meegedragen
nadragen
  • draag na
  • draagt na
  • droeg na
  • droegen na
nagedragen
omdragen
  • draag om
  • draagt om
  • droeg om
  • droegen om
omgedragen
opdragen
  • draag op
  • draagt op
  • droeg op
  • droegen op
opgedragen
overdragen
  • draag over
  • draagt over
  • droeg over
  • droegen over
overgedragen
ronddragen
  • draag rond
  • draagt rond
  • droeg rond
  • droegen rond
rondgedragen
toedragen
  • draag toe
  • draagt toe
  • droeg toe
  • droegen toe
toegedragen
uitdragen
  • draag uit
  • draagt uit
  • droeg uit
  • droegen uit
uitgedragen
voordragen
  • draag voor
  • draagt voor
  • droeg voor
  • droegen voor
voorgedragen
wegdragen
  • draag weg
  • draagt weg
  • droeg weg
  • droegen weg
weggedragen