onregelmatige
werkwoorden
.nl
Tegenwoordige tijd van het werkwoord vergieten
infinitivus
- infinitief
infinitive
vergieten
presens
- tegenwoordige tijd
present tense
ik
vergiet
vergiet jij/je?
jij, je
vergiet
u
vergiet
hij
zij, ze
het
men
vergiet
zij, ze
wij, we
jullie
vergieten