Alle vervoegingen van het werkwoord schenden

infinitivus - infinitief infinitive
schenden
presens - tegenwoordige tijd present tense
ik
  • schend
 
  • schend jij/je?
jij, je
  • schendt
u
  • schendt
hij
zij, ze
het
men
  • schendt
zij, ze
wij, we
jullie
  • schenden
imperfectum - verleden tijd past tense
ik
jij, je
u
hij
zij, ze
het
men
  • schond
zij, ze
wij, we
jullie
  • schonden
participium - voltooid deelwoord past participle
  • geschonden
participium praesentis - onvoltooid deelwoord present participle
  • schendend
vertaling english translation
  • to violate