onregelmatige
werkwoorden
.nl
Tegenwoordige tijd van het werkwoord ontbijten
infinitivus
- infinitief
infinitive
ontbijten
presens
- tegenwoordige tijd
present tense
ik
ontbijt
ontbijt jij/je?
jij, je
ontbijt
u
ontbijt
hij
zij, ze
het
men
ontbijt
zij, ze
wij, we
jullie
ontbijten