onregelmatige
werkwoorden
.nl
Tegenwoordige tijd van het werkwoord omspinnen
infinitivus
- infinitief
infinitive
omspinnen
presens
- tegenwoordige tijd
present tense
ik
omspin
omspin jij/je?
jij, je
omspint
u
omspint
hij
zij, ze
het
men
omspint
zij, ze
wij, we
jullie
omspinnen