Alle vervoegingen van het werkwoord gevangenzitten

infinitivus - infinitief infinitive
gevangenzitten
presens - tegenwoordige tijd present tense
ik
  • zit gevangen
 
  • zit gevangen jij/je?
jij, je
  • zit gevangen
u
  • zit gevangen
hij
zij, ze
het
men
  • zit gevangen
zij, ze
wij, we
jullie
  • zitten gevangen
presens - tegenwoordige tijd - bijzinvolgorde present tense
dat ik
  • gevangenzit
dat jij, je
  • gevangenzit
dat u
  • gevangenzit
dat hij
dat zij, ze
dat het
dat men
  • gevangenzit
dat zij, ze
dat wij, we
dat jullie
  • gevangenzitten
imperfectum - verleden tijd past tense
ik
jij, je
u
hij
zij, ze
het
men
  • zat gevangen
zij, ze
wij, we
jullie
  • zaten gevangen
imperfectum - verleden tijd - bijzinvolgorde past tense
dat ik
dat jij, je
dat u
dat hij
dat zij, ze
dat het
dat men
  • gevangenzat
dat zij, ze
dat wij, we
dat jullie
  • gevangenzaten
participium - voltooid deelwoord past participle
  • gevangengezeten
participium praesentis - onvoltooid deelwoord present participle
  • gevangenzittend
vertaling english translation
  • to be in prison