onregelmatige
werkwoorden
.nl
Tegenwoordige tijd van het werkwoord genieten
infinitivus
- infinitief
infinitive
genieten
presens
- tegenwoordige tijd
present tense
ik
geniet
geniet jij/je?
jij, je
geniet
u
geniet
hij
zij, ze
het
men
geniet
zij, ze
wij, we
jullie
genieten