Alle vervoegingen van het werkwoord blijken

infinitivus - infinitief infinitive
blijken
presens - tegenwoordige tijd present tense
ik
  • blijk
 
  • blijk jij/je?
jij, je
  • blijkt
u
  • blijkt
hij
zij, ze
het
men
  • blijkt
zij, ze
wij, we
jullie
  • blijken
imperfectum - verleden tijd past tense
ik
jij, je
u
hij
zij, ze
het
men
  • bleek
zij, ze
wij, we
jullie
  • bleken
participium - voltooid deelwoord past participle
  • gebleken
participium praesentis - onvoltooid deelwoord present participle
  • blijkend
vertaling english translation
  • to turn out